Als je (een deel van) je werk niet kan uitoefenen door een beroepsziekte, heb je recht op verlof voor je ziekte: ‘tijdelijke arbeidsongeschiktheid’.

Er zijn 2 verloven ‘tijdelijke arbeidsongeschiktheid’:

• Verlof door beroepsziekte: je bent volledig met verlof.
• Verlof voor verminderde prestaties door een beroepsziekte (vvp beroepsziekte): je werkt nog minstens 50% van je opdracht.

Daarnaast bestaat het verlof voor bedreiging door beroepsziekte. Dan word je verwijderd uit het deel van je job dat een risico op een beroepsziekte vormt.

Je bent in dienstactiviteit zolang je aanstelling duurt.

Meer over:

• Administratieve stand hogescholen(opent in nieuw venster)
• Administratieve stand personeel basis- tot volwassenenonderwijs(opent in nieuw venster)

De 3 verloven voor beroepsziekte tellen mee voor de berekening van je geldelijke anciënniteit en van je dienstanciënniteit.

Ben je vastbenoemd, dan telt het verlof ook mee voor je sociale anciënniteit.

Ben je tijdelijk, dan telt het verlof mee voor de berekening van het aantal dagen betaald ziekteverlof waar je recht op hebt.

Meer over:

• Anciënniteit personeel hogescholen(opent in nieuw venster)
• Anciënniteit personeel basis- tot volwassenenonderwijs(opent in nieuw venster)

Het verlof telt mee voor je recht op en de berekening van je pensioen.

Meer informatie: Federale Pensioendienst(opent in nieuw venster) (FPD).

• Je laat je school, centrum of hogeschool weten dat je ziek bent en hoogstwaarschijnlijk aan een beroepsziekte lijdt.
• Je stuurt een medisch attest(opent in nieuw venster) (docx, 2 p.) (32,5 KB) naar het controleorgaan Certimed(opent in nieuw venster).
• Je school, centrum of hogeschool vult luik 1 in van het formulier Melding van een beroepsziekte(Word bestand opent in nieuw venster), bezorgt jou luik 2 en maakt een afspraak bij de preventieadviseur-arbeidsarts.
• De preventieadviseur-arbeidsarts onderzoekt je en vult luik 2 van het formulier in.
• Daarna bezorg je het formulier terug aan je school, centrum of hogeschool. Die stuurt het naar het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AGODI).
• Het agentschap stuurt de aangifte door naar MEVA en laat jou per brief weten dat dit gebeurd is.
• MEVA roept je op voor een medisch onderzoek. In sommige gevallen stuurt het je dossier door naar het Fonds voor de Beroepsziekten, dat je dan oproept en zijn advies doorstuurt naar MEVA.

Op basis van de resultaten van het onderzoek bepaalt MEVA:

• Of je al dan niet een beroepsziekte hebt
• De datum vanaf wanneer je tijdelijk arbeidsongeschikt bent en dus 1 van de verloven voor beroepsziekte kan nemen
• Of je blijvend arbeidsongeschikt bent, vanaf welke datum en voor welk percentage. Bij blijvende arbeidsongeschiktheid krijg je een rente.

In afwachting van de beslissing van MEVA ben je in ziekteverlof.

Erkent MEVA je ziekte als een beroepsziekte? Dan:

• Bezorg je MEVA een medisch attest Medex(PDF bestand opent in nieuw venster) (pdf, 1 p.) (79,1 KB).
• Zet MEVA je ziekteverlof om in verlof voor beroepsziekte. Je krijgt dan die ziektedagen terug.

Ook voor verlof voor verminderde prestaties door beroepsziekte en verlof voor bedreiging door beroepsziekte bezorg je MEVA een medisch attest Medex(PDF bestand opent in nieuw venster) (pdf, 1 p.) (79,1 KB)

Tijdens de verloven voor beroepsziekte (‘tijdelijke arbeidsongeschiktheid’) wordt je salaris doorbetaald. Dat is het geval voor de 3 verloven.

Ben je vastbenoemd en tijdelijk arbeidsongeschikt, dan krijg je je gewone salaris. Het aantal ziektedagen waar je recht op hebt, daalt niet.

Ook als je tijdelijk aangesteld of contractueel bent, krijg je je gewone salaris tot het einde van je aanstelling. In sommige gevallen heb je recht op een vergoeding tijdelijke werkonbekwaamheid (TWO-vergoeding), bijvoorbeeld als je na je aanstelling nog bent opgenomen in het ziekenhuis door je beroepsziekte. Die TWO-vergoeding bedraagt 90% van het gemiddelde dagloon. Het aantal ziektedagen waar je recht op hebt, daalt niet tijdens het verlof.

Bij blijvende arbeidsongeschiktheid krijg je een levenslange rente. Die wordt berekend op basis van je jaarloon op het ogenblik dat MEVA je beroepsziekte vaststelt, evenredig aan het toegekende percentage arbeidsongeschiktheid.

Rente = jaarloon (tot maximaal 24.332,08 euro) x percentage blijvende arbeidsongeschiktheid

Je hebt recht op de rente vanaf de 1ste dag van de maand waarin MEVA stelt dat je blijvend arbeidsongeschikt werd. Je krijgt de rente bovenop je salaris of ander inkomen.

MEVA betaalt je medische kosten. Die vergoeding is niet beperkt in de tijd. MEVA moet de kosten wel altijd eerst erkennen. De betaling gebeurt aan het tarief van de ziekte- en invaliditeitsverzekering (ZIV-tarief).

Ga je naar een verzorgingsinstelling? Vraag dan dat ze de facturen naar MEVA sturen. MEVA betaalt rechtstreeks aan de verzorgingsinstelling.

De kosten voor de dokter, ambulance, apotheek, prothese … buiten een verzorgingsinstelling betaal je eerst zelf en je vraagt de terugbetaling aan MEVA.

Meer informatie vind je op de pagina ‘Je medische kosten en verplaatsingskosten(opent in nieuw venster)’ van MEVA.

Je krijgt ook een vergoeding voor de verplaatsingskosten die het gevolg zijn van je beroepsziekte: verplaatsingen op vraag van MEVA of op vraag van de arbeidsrechtbank. Ook die vergoeding is niet beperkt in de tijd.

Je gebruikt dezelfde formulieren als voor een arbeidsongeval:

• Voor verplaatsingen om medische redenen vraag je de terugbetaling aan MEVA. De formulieren daarvoor vind je op de pagina ‘Je medische kosten en verplaatsingskosten(opent in nieuw venster)’ van MEVA.
• Voor verplaatsingen om niet-medische redenen bezorg je het Agentschap voor Onderwijsdiensten een aanvraag vergoeding (niet-medische) verplaatsingskosten(Word bestand opent in nieuw venster) (docx, 2 p.) (903 KB).

Ben je in het ziekenhuis opgenomen en komen je partner, kinderen of ouders op bezoek? Dan kunnen zij binnen bepaalde grenzen aanspraak maken op een vergoeding voor de verplaatsingskosten. Ze gebruiken daarvoor dezelfde formulieren.