Dien je aanvraag in via ‘Mijn aanvragen’ in Mijn Onderwijs: Personeel(opent in nieuw venster).

Houd rekening met volgende zaken:

• Vermeld voor welke vakken, ambten, opleidingen of modules je nuttige ervaring wil laten erkennen. De modules en opleidingen in het volwassenenonderwijs waarvoor je nuttige ervaring kan laten erkennen: zie bijlage 4 van de omzendbrief erkenning nuttige ervaring(opent in nieuw venster).
• Er wordt je gevraagd om volledig en concreet de taken te beschrijven die je als werknemer of zelfstandige uitoefende.
• Behaalde je je diploma voor 1 september 2010 of je studiebewijs in het volwassenenonderwijs voor 1 september 2015? Bezorg dan samen met je aanvraag een goed leesbare kopie van dat diploma of studiebewijs.
• Indien van toepassing: voeg een militiegetuigschrift toe met de begin- en einddatum van je militaire dienst.

Het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AGODI) of het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen (AHOVOKS) bezorgt je aanvraag aan een dossierbehandelaar. Die controleert of je aanvraag aan de voorwaarden voldoet. Dat zijn onder meer de in de 1ste stap vermelde voorwaarden. Daarnaast wordt bekeken of het geen werk in het onderwijs is, of er aan de RSZ-verplichtingen is voldaan … 

• Voldoe je aan die voorwaarden? Dan stuurt de dossierbehandelaar je aanvraag voor advies door naar de onderwijsinspectie.
• Voldoe je niet aan die voorwaarden? Dan krijg je een brief met de redenen waarom je aanvraag niet voldoet.

De onderwijsinspectie geeft gunstig of ongunstig advies over de relatie tussen het werk dat je gedaan hebt en het ambt, het vak, de module of opleiding waarvoor je nuttige ervaring wil laten erkennen.

Het agentschap bezorgt je schriftelijk het advies van de onderwijsinspectie.

• Is dat advies positief? Dan is je nuttige ervaring erkend en eindigt de procedure.
• Is dat advies negatief? Dan krijg je een aangetekende brief waarin je de details van dat advies kan lezen.

Krijg je van het agentschap een aangetekende brief met een negatief advies? Dan heb je 60 kalenderdagen de tijd om een herzieningsaanvraag in te dienen.

Dat doe je met een aangetekende brief. Na die periode van 60 dagen kan het advies van de onderwijsinspectie niet meer herzien worden.

Je herzieningsaanvraag moet nieuwe of bijkomende elementen bevatten over de inhoud van de taken die je uitoefende. Als dat niet zo is, is je herzieningsaanvraag ongeldig.

Je kan ook vragen om te worden gehoord. Die vraag moet je uitdrukkelijk stellen in je herzieningsaanvraag. Je kan je dan door iemand laten bijstaan.

Het agentschap legt je herzieningsaanvraag voor aan de onderwijsinspectie, die na intern overleg het eerste advies bevestigt of dat advies volledig of deels wijzigt.

Je krijgt de definitieve beslissing per aangetekende brief.