Gedaan met laden. U bevindt zich op: Tewerkstelling in de toeristische sector Toerisme

Tewerkstelling in de toeristische sector

Gepubliceerd op 23 november 2023 • Volgende update op 26 november 2024
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden

Toeristische sector goed voor ruim 228.000 jobs

In 2022 was de toeristische sector in het Vlaamse Gewest goed voor 228.273 arbeidsplaatsen. Dat komt overeen met 7% van het totaal aantal jobs in het gewest. Sinds 2009 is het aantal jobs in de toeristische sector jaar na jaar toegenomen. Enkel in 2012 en in 2020 was er sprake van een daling. In 2020 – het eerst jaar van de Covid-19-pandemie – ging het om een daling van 4,5%.

De daling in het aantal jobs in de toeristische sector in 2020 deed zich enkel voor bij de loontrekkenden. Het ging om een daling van ruim 143.000 jobs in 2019 tot bijna 132.000 in 2020. Het aantal zelfstandigen steeg van ongeveer 80.200 in 2019 tot bijna 81.500 in 2020. In 2021 deed zich het omgekeerde voor: het aantal loontrekkenden nam toe met bijna 2.400 jobs en het aantal jobs voor zelfstandigen daalde met ruim 1.100. In 2022 nam opnieuw zowel het aantal loontrekkende jobs (+12.303) als het aantal zelfstandigen toe (+1.481).

In 2022 waren 49% van de jobs in de toeristische sector jobs in restaurants en cafés. De accommodatiesector was daarnaast goed voor 11%. De volledige horeca zorgde zo voor 60% van alle jobs in de toeristische sector. Dat komt overeen met bijna 138.000 arbeidsplaatsen.

Het personenvervoer was in 2022 goed voor ruim 31.200 jobs of ongeveer 14% van de totale toeristische tewerkstelling. Diensten voor cultuur, sport en recreatie leverden samen ongeveer 22% van de toeristische jobs.

De jobs in de overige deelsectoren, zoals de reisbureaus, de kleinhandel en de organisatie van congressen en beurzen en de accommodatie met betrekking tot tweede verblijven maakten in 2022 samen 4% uit van alle toeristische arbeidsplaatsen.

Tussen 2010 en 2022 zijn er in alle deelsectoren jobs bijgekomen, behalve bij het personenvervoer en de reisbureaus (in categorie overige).

Meer mannen dan vrouwen aan de slag in toeristische sector

In de toeristische sector werken meer mannen dan vrouwen. In 2022 was bij de loontrekkenden 55% een man, bij de zelfstandigen 62%. Enkel in de accommodatiesector en in de reisbureaus werken meer vrouwen dan mannen. In de kleinhandel van toerismespecifieke goederen en de organisatie van congressen en beurzen werken evenveel mannen als vrouwen.

Er zijn relatief veel deeltijdse jobs in de toeristische sector: de helft van de loontrekkenden werkte in 2022 voltijds, 28% deeltijds en 21% in een speciaal statuut. Daaronder worden de seizoensarbeid, interimarbeid en gelegenheidsarbeid gerekend, dus ook de zogenaamde flexijobs. Daarnaast oefende iets meer dan de helft van de zelfstandigen in de toeristische sector de job uit in hoofdberoep.

Aandeel toeristische sector in totaal aantal jobs groter in Brussels Gewest dan in Vlaams Gewest

Het totaal aantal jobs in de toeristische sector was in het Vlaamse Gewest in 2022 ruim 3 keer zo groot als in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest: ruim 228.000 jobs tegenover 73.000 jobs. Maar relatief gezien zijn er wel meer toeristische jobs in het Brusselse Gewest. De toeristische sector maakte in 2022 9,1% uit van alle jobs in het Brusselse Gewest tegenover 7% van alle jobs in het Vlaamse Gewest. Vergelijkbare cijfers voor het Waalse Gewest zijn niet beschikbaar.

In beide gewesten gaat het in de toeristische sector vooral om loontrekkende jobs. Het relatieve aandeel loontrekkenden binnen de toeristische tewerkstelling lag in 2022 in het Brusselse Gewest (83%) hoger dan in het Vlaamse Gewest (64%).