Gedaan met laden. U bevindt zich op: Vertrouwen in de overheid Relatie overheid en burger

Vertrouwen in de overheid

Gepubliceerd op 6 september 2024 • Volgende update: september 2025
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden

Burger heeft meeste vertrouwen in lokale overheid

In het voorjaar van 2024 gaf 30% van de inwoners van het Vlaamse Gewest van 18 jaar en ouder aan veel of heel veel vertrouwen te hebben in de lokale overheid. Het vertrouwen in de andere bestuursniveaus ligt lager. Bij de provinciale overheid ging het om 20%, bij de Vlaamse overheid ging het om 19%, bij de Europese overheid ging het om 18% en bij de federale overheid om 15%.

Hoe hoger het bestuursniveau, hoe hoger het aandeel personen dat aangeeft er (heel) weinig vertrouwen in te hebben. Bij de lokale en provinciale overheid ging het in 2024 om respectievelijk 25% en 31%, bij de Vlaamse overheid om 35%, bij de federale en Europese overheid telkens om 42%.

Bij nagenoeg alle beleidsniveaus daalde het vertrouwen tussen 2021 en 2022. In 2023 en 2024 lag het vertrouwen weer iets hoger. Enkel bij de Europese overheid bleef het vertrouwen over de jaren min of meer stabiel.

Vergelijkbare cijfers voor de periode vóór 2021 zijn niet beschikbaar.

Mannen, jongeren en hooggeschoolden hebben meer vertrouwen in lokale overheid

Het vertrouwen in de lokale overheid is merkelijk hoger bij mannen dan bij vrouwen en hoger bij de leeftijdsgroepen tot 50 jaar dan bij de oudere groepen. Verder is het vertrouwen in de lokale overheid hoger bij diegenen die samenwonen met een partner en kinderen en neemt het vertrouwen in de lokale overheid toe naarmate men hoger geschoold is.

Jongere leeftijdsgroepen en inwoners van centrumsteden hebben meer vertrouwen in de provinciale overheid

Personen jonger dan 50 jaar hebben duidelijk meer vertrouwen in de provinciale overheid dan 50-plussers. Verder hebben diegenen die alleen wonen of met een partner samenwonen zonder kinderen minder vertrouwen in de provinciale overheid dan personen die met een partner en kinderen wonen. Verder geven inwoners uit de centrumsteden vaker dan inwoners uit het plattelandaan (veel) vertrouwen te hebben in de provinciale overheid.

Ook het vertrouwen in de Vlaamse overheid ligt hoger bij de inwoners jonger dan 50 jaar dan bij de oudere leeftijdsgroepen (vanaf 50 jaar). Daarnaast is er minder vertrouwen in de Vlaamse overheid bij diegenen die alleen wonen. Verder hebben de middengeschoolden merkelijk minder vertrouwen in de Vlaamse overheid dan de laag- of hooggeschoolden. Inwoners van het platteland geven minder vaak dan inwoners uit groot- of centrumsteden aan (veel) vertrouwen te hebben in de Vlaamse overheid.

Jongere leeftijdsgroepen en inwoners van groot- en centrumsteden hebben meer vertrouwen in de federale overheid

Ook wat het vertrouwen in de federale overheid betreft, geven de jongere leeftijdsgroepen vaker dan de 50-plussers aan (heel) veel vertrouwen te hebben. Bij diegenen die samenwonen met partner en kinderen of (nog) bij de ouders wonen, is het vertrouwen in de federale overheid hoger. Inwoners van het platteland, het overgangsgebied en de kleine steden geven daarnaast minder vaak dan inwoners uit grootsteden en centrumsteden aan (veel) vertrouwen te hebben in de fedarele overheid.

Mannen, jongeren, personen die bij hun ouders inwonen, hooggeschoolden en inwoners van grootsteden hebben meer vertrouwen in de Europese overheid

Mannen hebben meer vertrouwen in de Europese overheid dan vrouwen. Naast de mannen hebben ook de jongeren duidelijk meer vertrouwen in de Euorpese overheid dan 35-plussers. Ook diegenen die (nog) bij de ouders inwonen, hebben meer vertrouwen in de Europese overheid dan andere huishoudgroepen. Ook hooggeschoolden geven vaker dan laag- of middengeschoolden aan (heel) veel vertrouwen te hebben in de Europese overheid. Ten slotte hebben ook inwoners uit de grootsteden vaker dan inwoners uit de kleinere steden, het overgangsgebied en het platteland (heel) veel vertrouwen in de Europese overheid.

Bronnen