Metadata: Doelgroepwerknemers in sociale economie

Departement Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie en Sociale Economie (WEWIS)

Collectieve maatwerkbedrijven richten zich op personen met een arbeidsbeperking of een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Dat zijn werkzoekenden die omwille van persoonsgebonden factoren moeilijk toegang hebben tot de arbeidsmarkt. Concreet kan het gaan over mensen met een arbeidshandicap, mensen met een psychosociale problematiek of langdurig werkzoekenden die een aantal competenties zijn kwijtgeraakt. Zij hebben behoefte aan specifieke begeleiding en ondersteuning op de werkvloer.

De lokale diensteneconomie heeft 2 hoofddoelstellingen: kansen bieden aan doelgroepwerknemers en tegelijk aansluiten bij lokale maatschappelijke noden. Initiatieven in de lokale diensteneconomie bieden een competentieversterkend traject aan aan mensen die om diverse redenen moeilijk uit de werkloosheid raken. Na maximum 5 jaar tewerkstelling wordt – begeleid – de stap gezet naar een job in de reguliere economie.

Arbeidszorg (tot 31 maart 2021) en arbeidsmatige activiteiten (vanaf 1 april 2021) zijn een vangnet voor mensen die om persoons- of maatschappijgebonden redenen (nog) niet terechtkunnen in het reguliere circuit of het beschermde tewerkstellingscircuit. Deze mensen voeren begeleide activiteiten uit op een werkvloer in de sociale economie om zo de aansluiting met een werkcontext (opnieuw) te maken. In tegenstelling tot collectief maatwerk en lokale diensteneconomie zijn arbeidszorgmedewerkers geen werknemers, maar behouden ze tijdens de arbeidszorg hun uitkering.

Individueel maatwerk is een vorm van gesubsidieerde tewerkstelling waarbij maatwerkers aan de slag gaan in een bedrijf uit het normaal economisch circuit, in een collectief maatwerkbedrijf, in een school of bij een lokaal bestuur. Als werkgever kan men een aanvraag indienen voor een loonpremie, al dan niet aangevuld met een begeleidingspremie. Een zelfstandige met een arbeidsbeperking kan eveneens beroep doen op het stelsel van individueel maatwerk en een ondersteuningspremie aanvragen.

Het gaat om cijfers over het aantal doelgroepwerknemers tewerkgesteld in de werkvormen van de sociale economie die in het Vlaamse Gewest gelegen zijn (cijfers naar werkplaats), niet over het aantal inwoners dat in de sociale economie werkt (cijfers naar woonplaats). In de cijfers is ook de tewerkstelling in 2 door het departement WEWIS erkende maatwerkbedrijven in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest opgenomen, evenals de erkende LDE-initiatieven in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (3 erkenningen, naast de reeds opgenomen maatwerkbedrijven). De tewerkstelling bij AMA in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest loopt via de erkende collectieve maatwerkbedrijven.

Het totaal aantal doelgroepwerknemers heeft telkens betrekking op de som van het aantal unieke doelgroepmedewerkers per maatregel. De totalen nemen steeds het aantal unieke doelgroepwerknemers op, dit om dubbeltellingen (werknemers die in 1 jaar in verschillende maatregelen voorkomen) te vermijden.

Er wordt gewerkt met data die betrekking hebben op het volledige jaar. Dat betekent niet dat de betrokken personen gedurende 12 maanden aan het werk zijn. Van zodra er 1 tewerkstelling is (ook van bijvoorbeeld 1 maand), wordt de persoon als 1 eenheid meegerekend.

Departement Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie en Sociale Economie (WEWIS):

• Digitaal jaarrapport Sociale economie(opent in nieuw venster)
• Open data Sociale economie(opent in nieuw venster)

Doelgroepwerknemers in de sociale economie