In het kader van de doorlichting mag de onderwijsinspectie leerlingen- en cursistendossiers inkijken. Waar mogelijk informeert de onderwijsinspectie vooraf over welke dossiers ze wil raadplegen.

Er is geen protocol “mededeling persoonsgegevens” nodig. Inspecteurs krijgen geen toegang tot digitale systemen zoals het leerlingvolgsysteem, cursistentrajectbegeleiding of LARS via de toegangscodes.

Je kan dossiers anonimiseren en op papier voorleggen. Of laat onderwijsinspecteurs meekijken op het elektronisch platform. Projecteer bepaalde dossiers en passages of bekijk samen de gegevens via een scherm.

De onderwijsinspectie kan inzage vragen in administratieve gegevens, inschrijvingen, afwezigheden, studieresultaten en zorggegevens. Het gaat om gegevens die volgens de onderwijs- en CLB-regegeving verwerkt worden over leerlingen of cursisten.

De onderwijsinspectie bekijkt eerst anonieme gegevens (open definitie) als deze beschikbaar en actueel zijn. Indien nodig vragen de onderwijsinspecteurs ook persoonsgegevens ter inzage. Dit gebeurt volgens de geldende Europese, federale en Vlaamse regels over het verwerken van die gegevens.

• Artikel 33 van het kwaliteitsdecreet geeft de onderwijsinspectie de bevoegdheid om de nodige gegevens op te vragen.
• Artikel 44bis van Onderwijsdecreet XXXI bepaalt dat de inspectie recht heeft op inzage of een kopie van persoonsgegevens. Het is een erkenningsvoorwaarde voor scholen, academies en centra om het toezicht door de onderwijsinspectie mogelijk te maken.
• De onderwijsinspectie is verwerkingsverantwoordelijke, handelt binnen de wettelijke kaders en conform de principes van de nieuwe Verordening Gegevensbescherming (AVG).
• De deontologische code voor onderwijsinspecteurs is decretaal vastgelegd in Besluit Vlaamse Regering van 20 juli 2012.