Op beleidsniveau werd gekeken naar:

• Het ontwikkelen van een beleid inzake kinderrechten
• De evaluatie van het toegangsbeleid
• De participatie aan de netwerken Integrale Jeugdhulp

Die onderzoeksonderwerpen vloeiden vooral voort uit het decreet Integrale Jeugdhulp dat onlosmakelijk met het decreet rechtspositie minderjarigen verbonden is.

Op niveau organisatie en uitvoering ging de inspectie de toepassing van een aantal rechten na, zoals:

• Geïnformeerd worden over de hulpverlening
• Inspraak en participatie tijdens het hulpverleningsproces
• Toegang tot het dossier
• Inspraakvormen in de werking van de voorziening
• Een sanctiebeleid

Sinds dit onderzoek blijft de onderwijsinspectie toezicht houden op de naleving van het decreet rechtspositie minderjarigen. Wel met een andere aanpak.

Voortaan gaan we de toepassing van de rechtspositie van minderjarigen tijdens de doorlichting na.

We doen dat gedifferentieerd.

• Tijdens het vooronderzoek stellen we ons overal de vraag of we sporen van een kinderrechtenbeleid zien en een dynamiek die wijst op voortgang van beleid, organisatie en toepassing sinds het moment van het onderzoek in 2009.
• We hebben aandacht voor indicaties die op een sterke praktijk wijzen of tekenen van een zwakke praktijk laten vermoeden.
• Op basis daarvan beslissen we of eventueel een grondiger onderzoek nodig is.

Het vroegere instrument is ongetwijfeld een hulpmiddel maar heeft de beperking dat maar enkele rechten onderzoeksonderwerp zijn.

Daarom is nu de hele regelgeving - alle rechten - een referentie bij het toezicht op de toepassing van de rechtspositie van minderjarigen.