Huisvesting van vleeskuikens

De materialen en voorwerpen waarmee de dieren in contact (kunnen) komen, zijn veilig, niet schadelijk en makkelijk te reinigen en ontsmetten.
In een buitenbeloop, moeten de dieren beschermd zijn tegen extreme of slechte weersomstandigheden, roofdieren en gezondheidsrisico’s.
Bij de opstart van elke nieuwe cyclus vleeskuikens moeten (delen van) gebouwen, uitrusting of gereedschap die met de dieren in contact kwamen, grondig gereinigd en ontsmet worden vooraleer nieuwe kuikens worden aangevoerd. Al het strooisel moet verwijderd en vervangen worden door vers strooisel.
Alle kuikens hebben permanent toegang tot droog en los strooisel op de vloer.

De stallen zijn goed geventileerd. De ventilatie moet oververhitting vermijden. Een eventueel verwarmingssysteem verwijdert overtollig vocht. De luchtcirculatie, het stofgehalte van de lucht, de temperatuur, de relatieve luchtvochtigheid en de gasconcentraties mogen niet schadelijk zijn voor de dieren.
Het geluidsniveau moet zo laag mogelijk zijn o.a. door de plaatsing, het gebruik en onderhoud van de staluitrusting.

De vleeskuikens mogen niet continu in kunstlicht of in het duister verblijven. Binnen de 7 dagen na aankomst in de stal, moet de verlichting een 24-uurschema volgen tot 3 dagen voor de geplande slachttijd.
De donkerperiode duurt minstens 6 uur waarvan minstens 4 uur ononderbroken. Gedempt licht is geen donkerperiode.
Tijdens de lichtperiode moet de lichtintensiteit minstens 20 lux bedragen op ooghoogte van de dieren op ten minste 80% van de bruikbare oppervlakte. Een tijdelijke lichtvermindering is enkel toegestaan als de dierenarts dit noodzakelijk vindt.

Alle apparatuur (ventilatie-, voeder- en drinkwatersystemen, ...) noodzakelijk voor de gezondheid en het welzijn van de vleeskuikens wordt minstens eenmaal per dag gecontroleerd. Gebreken of problemen worden onmiddellijk hersteld of opgelost.
Bij een defect of probleem van het ventilatiesysteem gaat er meteen een alarm af en treedt een vervangend verluchtingssysteem in werking. Dit alarmsysteem wordt regelmatig getest om de goede werking te garanderen.

De bezettingsgraad of bezettingsdichtheid is het totale levende gewicht per vierkante meter bruikbare staloppervlakte. De maximale bezettingsdichtheid bedraagt 33 kg/m². De bezettingsgraad kan verhogen naar 39 of 42 kg/m² als aan bijkomende voorwaarden wordt voldaan.

• De maximale bezettingsdichtheid bedraagt 39 kg/m² als u aan volgende voorwaarden voldoet:

  • U meldt uw intentie voor een hogere bezettingsdichtheid via het meldingsformulier ten minste 15 dagen voor de aankomst van de vleeskuikens. Als u aangesloten bent bij Belplume, bent u hiervan vrijgesteld.
  • U houdt een register bij.
  • U beschikt over volgende informatie dat u op vraag kan voorleggen:
    • Plattegrond van de stal met de afmetingen van de beschikbare ruimte voor de vleeskuikens
    • Het ventilatiesysteem met de beoogde parameters: locatie, luchtkwaliteit, luchtstroming, luchtsnelheid en temperatuur
    • Indien van toepassing: het koel -en het verwarmingssysteem en hun locatie
    • Voeder -en watervoorziening en hun locatie
    • Alarm -en reservesystemen die in werking treden bij een storing van de apparatuur
    • Vloertype en het strooisel
    • Technische inspectieverslagen van het ventilatie- en het alarmsysteem
  • Elke stal is uitgerust met een ventilatiesysteem en indien nodig koel -en verwarmingssystemen.
  • Elke stal voldoet aan volgende omgevingsparameters:
    • Ammoniak (NH3): maximum 20 ppm ter hoogte van de kop van de vleeskuikens
    • Koolstofdioxide (CO2): maximum 3000 ppm ter hoogte van de kop van de vleeskuikens
    • Temperatuur: wanneer het buiten in de schaduw warmer is dan 30°C dan mag de binnentemperatuur maximum 3°C hoger zijn dan de buitentemperatuur
    • Gemiddelde relatieve vochtigheidsgraad: bij een buitentemperatuur lager dan 10°C is deze maximum 70% gedurende een periode van 48u

• De maximale bezettingsdichtheid bedraagt 42 kg/m² als u aan volgende bijkomende voorwaarden, voldoet:

  • In de afgelopen 2 jaar werden op het bedrijf geen ernstige overtredingen vastgesteld inzake dierenwelzijn.
  • Het bedrijf maakt gebruikt van een gids voor goede praktijken.
  • In minstens 7 laatste controles in opeenvolgende groepen vleeskuikens die tegelijk in de stal aanwezig zijn, ligt de gecumuleerde dagelijkse mortaliteit onder het streefcijfer.
    Het streefcijfer wordt berekend als volgt: 1% + 0,06% x slachtleeftijd (in dagen). Bijv. als de slachtleeftijd 42 dagen is, dan moet de gecumuleerde dagelijkse mortaliteit lager zijn dan 3,52% (1% + 0,06% x 42 = 3,52%).
    De gecumuleerde dagelijkse mortaliteit is de som van de dagelijkse mortaliteit. De dagelijkse mortaliteit is het percentage van het aantal vleeskuikens dat die dag gestorven is of werd gedood, t.o.v. het aantal vleeskuikens dat die dag in de stal aanwezig was.
    Als de gecumuleerde dagelijkse mortaliteit hoger ligt maar te wijten is aan overmacht (bv. een ziekte-uitbraak) én kan gestaafd worden met een attest van de dierenarts, wordt hiermee geen rekening gehouden.