Over de vervoerregio Antwerpen
In 2019 werd Vlaanderen ingedeeld in 15 vervoerregio’s, vervoerregio Antwerpen is daar één van. De vervoerregio Antwerpen telt 31 gemeenten en 10 districten.
Steden en gemeenten van de vervoerregio Antwerpen
Vervoerregio Antwerpen is een diverse en uitgestrekte regio met 32 gemeenten, van Essen tot Boom, van Beveren tot Malle, en telt meer dan 1 miljoen inwoners. De groeiende mobiliteitsvraag is een belangrijke uitdaging in deze regio, maar het mobiliteitssysteem in Antwerpen botst vandaag tegen zijn limieten. Met het Routeplan 2030 wil vervoerregio Antwerpen een bereikbare en leefbare regio realiseren met een structureel hoog gebruik van duurzame mobiliteitsmiddelen in 2030.
Mobiliteitsuitdagingen van de regio
Mobiliteitsbeleid is gericht op het mogelijk maken en stimuleren van economische en sociale activiteiten van bewoners, bezoekers, pendelaars en ondernemers. We koppelen daarom de belangrijkste mobiliteitsuitdaging (het beperken van autoverplaatsingen met het oog op het verhogen van de leef- en alternatieve verplaatsingskwaliteit) aan de grootste ruimtelijke uitdaging, i.e. het verdichten en versterken van woonkernen. Voor een vlottere en gezondere mobiliteit vormt ‘nabijheid’ de basis: het inplanten van activiteiten en voorzieningen in en nabij stedelijke kernen, kernen van gemeenten of kernen in het landelijk gebied, op strategische knooppunten, in verdichtingsgebieden en langs de knopen op regionale assen. In deze kernen wordt ingezet op het mengen van functies en voorzieningen waardoor nabijheid automatisch een troef wordt. Anderzijds is het noodzakelijk om de verdere verstedelijking van slecht bereikbare plaatsen te voorkomen en tegelijk de open ruimte in de hele Vervoerregio maximaal te vrijwaren. Alleen zo beperken we het aantal en de lengte van de verplaatsingen en kunnen we meer efficiënte mobiliteitssystemen aanbieden in meer dichtbevolkte omgevingen. Op het niveau van de Vervoerregio willen we duidelijke vervoerkundige lijnen uitstippelen, die optimaal kunnen aansluiten op het ruimtelijk beleid. De ruimtelijke keuzes worden gemaakt zowel op een Vlaams-breed (vb. de bouwshift) als op een lokaal niveau. Die keuzes versterken idealiter de regionale hoofdstructuur van het mobiliteitsnetwerk.