Gedaan met laden. U bevindt zich op: Europees stedelijk beleid Agentschap Binnenlands Bestuur en het Europees Voorzitterschap

Europees stedelijk beleid

Stedelijk beleid behoort niet tot de bevoegdheden van de EU, maar ligt volledig bij de lidstaten en regio’s. Dit betekent niet dat stedelijk beleid niet (mede)vormgegeven wordt door Europees beleid. Het blijft belangrijk dat de EU-lidstaten ontwikkelingen en prioriteiten met elkaar bespreken. Het belangrijkste referentiekader voor Europees stedelijk beleid is het New Leipzig Charter uit 2020, een update van het oorspronkelijke Leipzig Charter uit 2007, waarin met name de rechtvaardige, groene en productieve stad centraal staan als pijlers voor een duurzaam stedelijk beleid.

Concreet draait het Europese stedelijke beleid vooral om de opvolging van de stedelijke agenda voor de EU. In 2016 gaf het Pact van Amsterdam het startsein voor deze stedelijke agenda. Het hoofddoel: de versterking van de stedelijke dimensie in het Europese beleid, met de nadruk op “betere regelgeving”, “betere financiering” en “betere kennis”.

De belangrijkste overlegplatforms voor het opvolgen van deze stedelijke agenda voor de EU zijn:

  • De Urban Development Group (UDG): Bestaat uit de hoofden van de stedelijke beleidsafdelingen in de 27 lidstaten en enkele Europese instellingen en organisaties. Onder het Belgische EU-voorzitterschap vond de UDG-vergadering plaats op 25 april in Namen.
  • De Directors-General Meeting on Urban Matters (DGUM): Deze vergadering bestaat uit de directeuren-generaal die verantwoordelijk zijn voor het stedelijk beleid in de lidstaten en werd gehouden op 26 juni in Brussel.